Operationele uitgaven
A. Operationele uitgaven
|
Rek 2022
|
Rek 2023
|
Mjp 2024
|
Mjp 2025
|
Mjp 2026
|
Mjp 2027
|
1. Goederen en diensten
|
14.501.132
|
13.210.252
|
14.389.041
|
13.509.276
|
12.997.150
|
13.253.950
|
2. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen
|
38.583.380
|
41.834.626
|
43.615.255
|
45.365.609
|
46.569.278
|
47.461.830
|
3. Individuele hulpverlening door het OCMW
|
2.858.065
|
3.501.968
|
3.608.700
|
3.264.200
|
3.048.050
|
3.108.900
|
4. Toegestane werkingssubsidies
|
7.056.101
|
8.448.947
|
8.725.824
|
8.860.312
|
8.859.617
|
9.036.800
|
5. Andere operationele uitgaven
|
1.267.416
|
222.382
|
100.100
|
97.600
|
97.300
|
99.100
|
Totaal Operationele Uitgaven
|
64.266.094
|
67.218.175
|
70.438.920
|
71.096.997
|
71.571.395
|
72.960.580
|
Financiële uitgaven
B. Financiële uitgaven
|
Rek 2022
|
Rek 2023
|
Mjp 2024
|
Mjp 2025
|
Mjp 2026
|
Mjp 2027
|
1. Rente, commissies en kosten verbonden aan schulden
|
1.511.285
|
1.552.773
|
1.769.700
|
1.890.700
|
1.858.700
|
1.895.700
|
2. Andere financiële uitgaven
|
11.200
|
2.602
|
2.700
|
2.700
|
2.800
|
2.800
|
Totaal Financiële Uitgaven
|
1.522.484
|
1.555.375
|
1.772.400
|
1.893.400
|
1.861.500
|
1.898.500
|
De cijfers van 2022 en 2023 zijn deze van de jaarrekening en werden aldaar besproken. De cijfers 2024 werden bijgesteld op basis van de tussentijdse realisatie. De cijfers 2024-2026 verschillen als volgt van de vorige raming (december 2023):
A. Operationele uitgaven
|
Mjp 2024
|
Mjp 2025
|
Mjp 2026
|
TOTAAL
|
1. Goederen en diensten
|
585.452
|
606.336
|
266.312
|
1.458.100
|
2. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen
|
105.417
|
577.679
|
1.062.571
|
1.745.667
|
3. Individuele hulpverlening door het OCMW
|
224.500
|
94.500
|
-184.900
|
134.100
|
4. Toegestane werkingssubsidies
|
-2.528
|
244.039
|
145.538
|
387.049
|
5. Andere operationele uitgaven
|
11.100
|
8.600
|
6.600
|
26.300
|
Totaal Operationele Uitgaven
|
923.941
|
1.531.154
|
1.296.122
|
3.751.216
|
B. Financiële uitgaven
|
Mjp 2024
|
Mjp 2025
|
Mjp 2026
|
TOTAAL
|
1. Rente, commissies en kosten verbonden aan schulden
|
-400
|
-160.500
|
-123.700
|
-284.600
|
2. Andere financiële uitgaven
|
-2.000
|
-2.000
|
-2.000
|
-6.000
|
Totaal Financiële Uitgaven
|
-2.400
|
-162.500
|
-125.700
|
-290.600
|
Over de periode 2024-2026 schrijven we bijkomend 3,5 miljoen euro aan exploitatieuitgaven in.
De aankoop van goederen en diensten (A.1) neemt toe met 1,5 miljoen euro. Binnen deze categorie zien we een daling van de uitgaven voor energie ( - 1,4 miljoen) en aankopen van werkingsmateriaal (- 395.000 euro). Tegelijk zien we stijgende budgetten voor onder andere huur (278.000 euro, vnl. aan AGB), de jaarlijkse bijdrage aan IGEAN (986.000 euro), de budgetten voor ICT, communicatie en internet (554.000 euro), Erelonen en vergoedingen (doorstorting van ontvangen subsidies WSE naar partners) en kosten fietslease (241.000 euro). Het saldo van de stijging bestaat uit diverse andere kleinere aanpassingen.
De bezoldigingen (A.2) werden herberekend op basis van de verwachtingen van het Planbureau op het vlak van indexsprongen. De budgetten voor 2024 werden bepaald op basis van de tussentijdse situatie van september, zonder bijkomende indexsprong. Voor 2025 houden we rekening met een indexsprong in januari. De totale toename van de loonlasten van 1,7 miljoen euro bestaat voor meer dan de helft (1,1 miljoen euro) uit een toename van de responsabiliseringsbijdrage.
In lijn met de stijging die we de voorbije maanden hebben vastgesteld, werd het budget voor individuele hulpverlening door het OCMW (A.3) verhoogd met 134.000 euro voor de periode 2024-2026.
De toename van de toegestane werkingssubsidies (A.4) met 387.000 euro is voornamelijk te wijten aan een stijging van de geraamde werkingssubsidies voor de politiezone (100.000 euro) en de prijssubsidies voor AGB (223.000 euro).
We voorzien voor de periode 2024 - 2026 voor 285.000 euro minder rentelasten (B.1). De lening die in 2024 werd afgesloten, heeft een lagere rentevoet dan we hadden voorzien in de budgetten.